
dinsdag, oktober 30, 2007
"Dagbladfotografen zijn net strandtenthouders"
Nederlandse dagbladfotografen zijn soms net strandtenthouders. Ze klagen altijd. Over opmaakredacteuren, over fotoredacteuren, over nachtredacteuren, over sportredacteuren, over hoofdredacteuren - vooral over hoofdredacteuren.
Want hoe gaat dat? Foto's worden niet geplaatst, of flink aangesneden en - hier moet de hoofdredacteur het ontgelden - slecht betaald. Fotografen zullen zichzelf dan ook eerder slaaf noemen dan strandtenthouder.
Fotojournalisten mopperen soms zelfs op elkaar, worden boos als een collega de kabinetsformatie mag volgen, als een ander naar Cuba op reportage gaat en een derde afreist naar Sarajevo. 'Hoe is het mogelijk dat X die opdracht krijgt, ik ben toch véél beter!?'
Toch vraag je je af waarom fotojournalisten zo vaak mopperen. Wat valt er te klagen? Het is toch een mooi vak? Misschien is dat gemopper toch vaak terecht. De fotojournalist is altijd alleen op pad, het werk is fysiek zwaar (de tassen met camera's en lenzen wegen vele kilo's) en van de fotograaf wordt natuurlijk ook altijd verwacht dat hij HET moment grijpt. Is hij l/125ste seconde te laat, dan is hij ook echt te laat.
Maar als het allemaal lukt, dan is er geen reden tot klagen. De volgende ochtend al staat de plaat glorieus op pagina 1. Of als het een beetje tegenzit, op pagina 3. Als die ene nachtredacteur tenminste niet een andere foto verkiest. Want dan neemt de klaagzang weer een aanvang.
Rolf Bos, redacteur van de Volkskrant, in het boekje "Schrijven met licht. Foto's voor de Volkskrant" uit 1994.
Want hoe gaat dat? Foto's worden niet geplaatst, of flink aangesneden en - hier moet de hoofdredacteur het ontgelden - slecht betaald. Fotografen zullen zichzelf dan ook eerder slaaf noemen dan strandtenthouder.
Fotojournalisten mopperen soms zelfs op elkaar, worden boos als een collega de kabinetsformatie mag volgen, als een ander naar Cuba op reportage gaat en een derde afreist naar Sarajevo. 'Hoe is het mogelijk dat X die opdracht krijgt, ik ben toch véél beter!?'
Toch vraag je je af waarom fotojournalisten zo vaak mopperen. Wat valt er te klagen? Het is toch een mooi vak? Misschien is dat gemopper toch vaak terecht. De fotojournalist is altijd alleen op pad, het werk is fysiek zwaar (de tassen met camera's en lenzen wegen vele kilo's) en van de fotograaf wordt natuurlijk ook altijd verwacht dat hij HET moment grijpt. Is hij l/125ste seconde te laat, dan is hij ook echt te laat.
Maar als het allemaal lukt, dan is er geen reden tot klagen. De volgende ochtend al staat de plaat glorieus op pagina 1. Of als het een beetje tegenzit, op pagina 3. Als die ene nachtredacteur tenminste niet een andere foto verkiest. Want dan neemt de klaagzang weer een aanvang.
Rolf Bos, redacteur van de Volkskrant, in het boekje "Schrijven met licht. Foto's voor de Volkskrant" uit 1994.